Naar de inhoud
Tekst grootte

Was Rembrandt stereoblind en had Van Gogh glaucoom? – Deel 5

Nieuws
Geplaatst op: 5 oktober 2023

Oogaandoeningen zijn van alle tijden. Maar vroeger was er heel weinig bekend over oogaandoeningen. Ook beroemde kunstenaars zijn hiermee geconfronteerd. In een serie van zes artikelen kijkt Murk Schaafsma naar kunstenaars en hun oogaandoeningen. Waren ze zich van hun oogproblemen bewust en wat betekende dat voor hun werk?

Rembrandt van Rijn (1606-1669)

Naast de overvloed aan artikelen en boeken over het werk van Rembrandt van Rijn (eerste biografie al in 1718), is er ook heel veel gespeculeerd en geschreven over zijn vermoedde oogaandoeningen en andere ziekten. Tot op de dag van vandaag. Ook in serieuze medische tijdschriften, van oogartsen tot plastisch chirurgen. Al deze boeken en artikelen hebben gemeen dat ze gebaseerd zijn op kennis uit de overlevering en interpretatie van zijn schilderijen, etsen en schetsen. Want over zijn gezichtsvermogen is nu eenmaal niets gedocumenteerd tijdens zijn leven.

Kijken met één oog

Eén van de bekendste theorieën is dat Rembrandt scheel zou zijn geweest. Hij zou maar met één oog hebben kunnen kijken. En met maar één oog kijk je beter in het platte vlak. Daardoor zou hij zo goed zijn geweest in het natuurgetrouw schilderen op een plat vlak, zijn canvas. Inderdaad is op zijn zelfportretten goed te zien dat zijn ogen iets uit elkaar staan (figuur 1 en 2). Maar dit zegt misschien niet zoveel, omdat het in die tijd mode was en status gaf om de ogen iets uit elkaar weer te geven.

Zelfportret Rembrandt van Rijn in ets

Figuur 1 - Zelfportret ets, ongeveer 5 x 4,5 cm (1630)

Geschilderd zelfportret Rembrandt van Rijn

Figuur 2 - Zelfportret Rembrandt van Rijn, 24 jaar

Een iPhone naast het zelfportret uit 1630 om aan te tonen dat het een heel klein zelfportret is

Figuur 3 - Het zelfportret van Rembrandt van Rijn uit 1630 op ware grootte met daarnaast een iPhone

Bijziend?

Misschien was hij bijziend geworden, want hij maakte wel erg kleine kunstwerken op jonge leeftijd. Zijn zelfportret-ets die hij op 24-jarige leeftijd maakte (figuur 1 en 3) is maar 5 bij 4,5 cm. Als hij in zijn jeugd al van dit soort kleine plaatjes maakte, dan zal hij daar waarschijnlijk last van hebben gehad, net als de jeugd van nu die al op jonge leeftijd op hun mobieltje (blijven) kijken. Maar door die mogelijke bijziendheid heeft hij wel heel lang dichtbij scherp kunnen kijken en dus gedetailleerd kunnen schilderen.

Losser en minder gedetailleerd

Wat in zijn stijl opvalt volgens de bekende Rembrandt kenner van de Wetering, is dat hij op latere leeftijd losser en minder gedetailleerd is gaan schilderen. Dit zou goed te zien zijn in ‘De samenzwering van de Bataven onder Claudius Civilis’ (figuur 4). Hij zou hier onder andere toe gedwongen zijn door de toenemende concurrentie op de schildersmarkt.

Door: Murk Schaafsma

schilderij waar mensen aan tafel zitten en een aantal houden zwaarden op de koning gericht

Figuur 4 - De samenzwering van de Bataven onder Claudius Civilis, 196 x 309 cm (1661-1662)